Duurzame bouwmaterialen moeten betaalbaar, betrouwbaar en beschikbaar worden
CarpentierMooren is van oorsprong een familiebedrijf. En dat zorgt er bijna automatisch voor dat er duurzamer wordt gewerkt. Bij familiebedrijven gaat continuïteit op de lange termijn bijna altijd boven winstgevendheid op de lange termijn. Bovendien zijn familiebedrijven sterk regiogeoriënteerd en dat samen legt een stevige basis om te kunnen verduurzamen.
Rol van betekenis
Maar tegelijkertijd hebben we oog voor de wat minder romantische werkelijkheid. Er komt namelijk heel veel wetgeving aan waaraan we als bouwsector gewoon moeten voldoen. En wij zijn er - met onze partners - van overtuigd dat we daar als bouwmaterialenleverancier een rol van betekenis in kunnen en moeten spelen.
Als geen ander begrijpen we dat het een utopie is om te denken dat de bouw nu in één keer volledig kan overstappen op duurzame materialen zoals hout. We moeten af van een wedloop waarin het ene materiaal nog duurzamer is dan het andere. De discussie moet juist wel zijn welk materiaal het meest duurzaam is, we moeten er alleen voor waken dat de duurzame producten over elkaar heen buitelen met allerlei claims, waardoor je vervolgens het echte doel; stapsgewijs verduurzamen, uit het oog verliest.
Op dit moment is volledig biobased bouwen vaak nog een brug te ver en we zullen dus nog wel even hout én beton blijven gebruiken. We moeten in stapjes vooruit struikelen en zo samen ‘nieuwe oude’ ervaringen opdoen. 200 jaar geleden bouwden we allemaal biobased. Zo nieuw is het dus allemaal ook weer niet.
Breder kijken
Duurzaam en circulair bouwen ontgroeien ondertussen wel degelijk, zij het langzaam, de kinderschoenen. En dat is maar goed ook, want er ligt heel veel winst als we bouwmaterialen weten te verduurzamen. Door gebruik van bijvoorbeeld biobased isolatiemateriaal wordt de milieubelasting van een compleet gebouw aanzienlijk lager.
Maar dat betekent niet dat we bijvoorbeeld het vertrouwde steenwol of glaswol nu maar meteen moeten afserveren. Weliswaar kost het productieproces van die materialen heel veel energie. Maar laten we het vooral ook in de tijd plaatsen. Toen die uiterst nuttige materialen werden uitgevonden, ging het de bedenkers puur om de isolatiewaarde. Isoleren an sich was en is en was helemaal geen slecht idee. Met de kennis en wetgeving van toen waren steenwol en glaswol prima materialen om energie te besparen. Nu we meer weten en kunnen, moeten we echter ook verder kijken. Bijvoorbeeld naar hernieuwbare materialen als vlas, stro of wellicht oude spijkerbroeken. In het volste besef dat producenten van steen- en glaswol ondertussen zelf ook al heel hard aan het verduurzamen zijn. Onze blik alleen op biobased materialen richten is in dit stadium veel te beperkt.
Koudwatervrees
We snappen ook dat bij onze klanten enige koudwatervrees heerst als het om biobased materialen gaat. Wetgeving loopt nog achter, de bouwmethode vergt een nieuw perspectief en een alternatief voor biobased is rijkelijk voorhanden. Wij als bouwmaterialenleverancier moeten gaan uitleggen dat biobased wel degelijk een serieus duurzaam alternatief is en bedrijven helpen met bijvoorbeeld de detaillering en voorlichting over o.a. brandveiligheid. En we moeten ook eerlijk zijn, want in veel Nederlandse rijtjeswoningen voldoen biobased materialen nog niet aan de geldende brand- en geluidseisen die nodig zijn voor een woningscheidende wand.
Toch willen we stimuleren dat bouwers het blijven proberen. En het is prima als we nu nog focussen op 70 procent biobased of circulaire materialen en bij een volgend project weer ietsje meer.
Nu al inzetten op 100 procent biobased vaak niet haalbaar. Daar zijn we ons als geen ander van bewust. Net zoals we weten dat bouwmaterialenleveranciers bij uitstek in staat zijn om ‘over projecten heen te kijken’.
Zoektocht
Wij kunnen in de samenwerking met de aannemers een belangrijke rol spelen in het betaalbaar, betrouwbaar en beschikbaar maken van nieuwe materialen. Dat laatste is op dit moment nog niet zo makkelijk. Er zijn goede materialen die niet op grote schaal beschikbaar zijn of wel beschikbaar zijn maar nog veel te duur. Dat is echt een zoektocht, waar we onze klanten graag bij helpen.
Dure testen en certificaten
Een groot obstakel bij het gebruik van nieuwe biobased materialen zijn de dure testen en certificaten. Voor grote concerns is dat misschien nog wel op te brengen, maar vaak hebben we te maken met start-ups, beginnende bedrijfjes die dat niet kunnen betalen. Wat ons betreft ligt daar een belangrijke rol voor brancheorganisaties als de Hibin. Niet om die testen te betalen, maar om er bij de overheid op aan te dringen dat die testen - voor bijvoorbeeld LCA-berekeningen en brand- of geluidstesten - beter beschikbaar worden gemaakt voor kleinere bedrijven. Dan jagen we samen innovatie aan, maar ook de verduurzaming van de gebouwde omgeving.
Zo kan duurzaam en circulair bouwen langzaam het nieuwe normaal worden in onze sector. Om die reden werken wij binnen onze inkooporganisatie Sakol samen in een werkgroep ‘Duurzaamheid’. Daarin trekken we met acht zelfstandige bouwleveranciers samen op om een zo duurzaam mogelijke productportfolio samen te stellen die voldoet aan de eisen ‘betaalbaar, betrouwbaar en beschikbaar’. Juist een overkoepelende inkooporganisatie als Sakol is dan nuttig. Want samen kunnen we wet- en regelgeving toetsen en onderzoeken of iets schaalbaar is. De werkgroep zet zich verder in om zoveel mogelijk kennis met elkaar te delen en ook te zorgen dat deze kennis in alle lagen van de bedrijven beschikbaar wordt. Dat doen we bijvoorbeeld door het opleiden van onze medewerkers in de Bouw.Coach Academy maar ook door het organiseren van kennissessies, vaak in samenwerking met onze partners.